Beauty and the beast
Leestijd: 2 minutenColumn
Vijftiger Rob is ernstig ziek. Een halfjaar voor zijn overlijden benoemt hij zijn minderjarige zoon tot enig erfgenaam. Zijn vrouw Belle mag als douceurtje in het huis blijven wonen, maar daaraan verbindt Rob in zijn testament een aantal ongebruikelijke, nogal kwetsende voorwaarden. Zo is het Belle verboden om haar moeder – Rob zijn schoonmoeder dus – en andere familieleden in het huis te ontvangen. Ook moet zij de werkkamer van Rob in stand houden en ‘de uitstekende staat van onderhoud’ van het huis en de tuinen handhaven.
Net als Belle in het sprookje Beauty and the beast zit zij gevangen in het kasteel van het ‘beest’.
Gelukkig loopt het ook voor deze Belle goed af: bij de rechtbank Alkmaar vecht zij het testament met succes aan. De kosten hiervoor wil zij verhalen op de notaris die het liefdeloze epistel opstelde. De notaris had dat moeten weigeren, zo redeneert Belle, omdat de bepalingen in het testament in strijd zijn met de goede zeden. Maar deze notaris is niet over één nacht ijs gegaan. Zij voerde meerdere gesprekken met Rob, overlegde uitgebreid met een collega en nam in het testament op dat enkele bepalingen mogelijk niet door de erfrechtelijke beugel kunnen. Het laatste woord is immers altijd aan de rechter. De rechtbank Noord-Holland wijst de vordering van Belle tegen de notaris daarom af.
Wat veel mensen niet weten – en dat is misschien maar goed ook – is dat je een echtgenoot kunt onterven. Maar dat kan niet zomaar, want sinds de invoering van het nieuwe erfrecht in 2003 heeft de echtgenoot ten minste recht op het vruchtgebruik van de woning en inboedel, en eventueel nog op wat extra vruchtgebruik om verzorgd achter te blijven. Deze regeling kun je zien als een soort erfrechtelijke alimentatie.
In deze zaak betekent dit dat Rob niet allerlei voorwaarden aan het vruchtgebruik had mogen verbinden. Oftewel: zijn schoonmoeder mag het huis weer in. Voor het inroepen van de zogenoemde “andere wettelijke rechten”, waaronder het vruchtgebruik valt, gelden heel korte termijnen. Om een erfrechtelijke blooper te voorkomen, moet de onterfde weduwe of weduwnaar er na het overlijden dus snel bij zijn om deze erfrechtelijke alimentatieregeling tijdig te claimen. Niet iedereen is van deze krappe tijdsspanne op de hoogte.
Uit: Voorkom ruzie bij de kist, Bernard Schols en Heidi Klijsen